kuitbeen

Nicole Wendler is gepromoveerd in de biologie op het gebied van oncologie en immunologie. Als medisch redacteur, auteur en corrector werkt zij voor verschillende uitgeverijen, voor wie zij complexe en omvangrijke medische vraagstukken op een eenvoudige, beknopte en logische manier presenteert.

Meer over de experts Alle inhoud van wordt gecontroleerd door medische journalisten.

Fibula is de Latijnse naam voor de fibula. Het relatief dunne en elastische bot begint onder het kniegewricht en eindigt bij de enkel. Samen met het scheenbeen (tibia) vormt de fibula het benige onderbeen. Verschillende structuren zorgen voor een nauwe verbinding tussen de twee botten en meer stabiliteit. Lees alles wat je moet weten over de fibula!

Wat is de fibula?

Fibula is de medische term voor de fibula. Dit vormt het benige onderbeen met het scheenbeen (tibia). Het relatief elastische buisvormige bot is ongeveer even lang als het scheenbeen, maar lijkt in vergelijking veel delicater en slanker. Aan het bovenste uiteinde, lateraal onder het kniegewricht, kan de zogenaamde fibulakop (caput fibulae) gemakkelijk worden gevoeld. Ondanks de nabijheid van de knie, is de fibula - in tegenstelling tot de tibia - niet betrokken bij het kniegewricht. Aan de fibula hechten echter ligamenten, pezen en spieren die belangrijk zijn voor de beweging en stabiliteit van het kniegewricht. De schacht van de fibula is dun en heeft drie scherpe randen. Aan het onderste uiteinde wordt het bot breder en gaat het over in de gemakkelijk voelbare buitenste enkel in het voetgebied.

Wat is de functie van de fibula?

Het grootste deel van het gewicht in het onderbeen wordt gedragen door het scheenbeen. De fibula neemt slechts een klein deel van de belasting op zich, maar is nog steeds onvervangbaar: het dunne bot stabiliseert het onderbeen en vormt aan het onderste uiteinde samen met het scheenbeen en enkelbot het bovenste enkelgewricht. Bovendien ondersteunt de fibula de demping bij het springen en dient als startpunt voor de sterke kuitbeenspieren, pezen en gewrichtsbanden.

Waar bevindt de fibula zich?

De fibula zit naast het scheenbeen aan de buitenkant van het onderbeen. Het dunne bot is op in totaal drie plaatsen verbonden met het scheenbeen: Aan het bovenste uiteinde bevindt zich een scheenbeen-kuitbeengewricht (articulatio tibiofibularis), dat door strakke ligamenten nauwelijks beweegbaar is, waardoor de kop van het kuitbeen aan het scheenbeen wordt gefixeerd .

In het enkelgebied, bij de verbinding tussen het onderbeen en de voet, vormen de binnenste enkel (deel van de tibia) en de buitenste enkel (deel van de fibula) een vork (malleolaire vork) waarin het enkelbot (talus) gearticuleerd. Dit scharniergewricht staat bekend als het bovenste enkelgewricht. Met name het anterieure (anterieure tibiofibulaire ligament) en het posterieure tibiofibulaire ligament (posterior tibiofibulaire ligament) zorgen op dit punt voor extra stabiliteit.

In het schachtgebied zijn de tibia en fibula nauw verbonden door een sterk interbeenmembraan, het interossale membraan. Deze syndesmoseband, gemaakt van bindweefsel, stabiliseert het onderbeen en de enkel.

Talrijke spieren, pezen en ligamenten hechten aan de fibula of de kop van de fibula. Deze omvatten de lange fibula-spier (peroneus longus) en een deel van de dijspieren (biceps femoris).

Welke problemen kan de fibula veroorzaken?

Kuitbeenklachten kunnen verschillende oorzaken hebben. Vaak is niet het bot zelf de oorzaak, maar komen de klachten voort uit aangrenzende structuren zoals spieren, pezen en gewrichtsbanden.

Spierspanning, krampen en verrekkingen komen vooral voor bij de kuiten. Bij sportongevallen zijn de syndesmose-banden of -banden in het enkelgebied vaak overbelast of gescheurd. Als een ligament gewond is, kan dit gepaard gaan met een benige traan. Als gevolg van vallen kan ook het stijve scheenbeen-fibula gewricht problemen geven.

De meest ernstige pijn wordt veroorzaakt door een breuk. Afhankelijk van waar de fibula breekt, is het één:

  • Fibulaire hoofdfractuur of a
  • Fibulaire schachtfractuur.

Bij een breuk van de fibulaschacht wordt meestal ook de schacht van de tibia gebroken. Artsen spreken dan over het algemeen van een onderbeenfractuur. Bij een enkelvoudige breuk van de fibula zorgt de stabielere tibia letterlijk voor het natuurlijk spalken van de fibula. Een relatief veel voorkomende fractuur van de fibula is de enkelfractuur.

Af en toe vormen zich goedaardige of kwaadaardige tumoren op de fibula. Ze kunnen de zenuwen onder druk zetten en verlamming veroorzaken. Deze omvatten onder meer:

  • Goedaardige neoplasmata: ganglion (overbone, spinner ganglion), enchondroom (kraakbeentumor)
  • Kwaadaardige botveranderingen: osteosarcoom, Ewing-sarcoom

In zeldzame gevallen worden kinderen geboren met een misvorming van de fibula. Voorbeelden zijn:

  • Fibulaire aplasie: de fibula ontbreekt.
  • Fibulaire hypoplasie: de fibula is niet volledig ontwikkeld.
  • Femur-Fibula-Ulna-Syndroom (FFU-Syndroom): Misvormingen van het femur (dijbeen), de fibula en/of de ulna (ulna).
Tags:  digitale gezondheid slaap anatomie 

Interessante Artikelen

add